Waterloopbos
Met vriendin H. naar het Waterloopbos, in Flevoland.
Tijdens een fietstochtje neem ik me voor meer in beweging te komen en te genieten van het moois in eigen land.
Ik geef het een naam: TIEL, toerist in eigen land. Tielen wordt een werkwoord.
Het kan een stuk fietsen zijn, een wandeling, maar ook een bezoek aan een museum, met de trein naar een stad, van alles.
Als je tips voor me hebt, als je plekken kent die voor jou bijzonder zijn, en die je mij ook gunt: geef ze aan me door!
Hieronder foto's van die tiel-tochten. Als je op de foto klikt krijg je een beschrijving en meer foto's.
Op alle foto's kun je klikken voor een grotere weergave.
Met vriendin H. naar het Waterloopbos, in Flevoland.
Met de fiets op de trein naar Nijmegen en daar opnieuw een prachtig Hollands landschap in. Veel langs water, door bossen, door dorpjes met kerken, heel bijzonder weer. Van Nijmegen eerst naar Persingen en dan naar Leuth, heel dicht langs de Duitse grens.
In de metro van Rotterdam naar Spijkenisse zitten drie jongens, ik vermoed begin twintig. Degene die het meeste aan het woord is, is binnenkort jarig. Hij verwacht wel van iemand een staatslot te krijgen als kado en al snel fantaseren ze over wat ze zouden doen met acht miljoen. De twee anderen willen een groot huis, auto, feestjes geven. Maar hij wil het zijn hele leven goed hebben. Wil een bescheiden rijtjeshuis. O nee, want dan kan de stereo niet vol aan. Dan toch maar een vrijstaand huis. Maar wel bescheiden. En een BMW. En een paard voor zijn zusje, dat had hij haar beloofd.
In Utrecht stap ik in de trein naar Maastricht. Tussen de instappers staat ook een man die hard tegen zichzelf praat. Hij heeft een shaggie tussen zijn vingers. Hij: "Zijn er ook rookcoupés hier, of weet u dat niet?"Ik: "Nee, die zijn er niet."Hij: "O, u weet het niet. Is het nog ver naar Maastricht? Een halfuurtje?"Ik: "Nee, toch zeker anderhalf tot twee uur."Hij: "O jee." "Zeg jongeman," waarbij hij zich tot een andere reiziger wendt, "is er hier een rookcoupé?""Nee", zegt de jongeman.Hij: "O jee", en hij loopt naar een andere coupé. Nog tot na 's-Hertogenbosch blijft zijn geur om me heen hangen.
Het is het Weekend van het Portret met als thema zelfportret. Honderdtwaalf werken worden tentoongesteld in Loods 6 in Amsterdam. Ik besluit om er meteen dag twee van mijn provincie-tocht te maken: Noord-Holland. Ik heb veel pinnetjes op mijn kaart in Amsterdam. En ik kan zo vreselijk slecht kiezen. Telkens als ik denk een plan te hebben steken twijfels de kop op en gooi ik het plan weer om. Dat gaat zo door tot de dag zelf. Ik besluit eerst naar Loods 6 te gaan, daar was het me om te doen en dat is alleen dit weekend.
Een gebied waar ik wekelijks met de trein doorheen rij, nu eens een keer per fiets verkennen. Een rondje Naardermeer. Van het meer zelf zie je eigenlijk niets, misschien dat de wandelpaden wel dichterbij komen. Het was mijn voornemen er een kort rondje van te maken, vanwege een stenose (soort hernia) is dit tielen met gebreken. Maar om toch nog water te zien, en om verkoeling te voelen, breid ik de route uit met het stukje langs de Arkeveense plassen.
Met de trein naar Terborg. Ik neem mijn eigen fiets mee, en kies voor stoptreinen. Deze hebben meestal een lage instap en zijn rustiger. Ik heb zo'n knooppuntenroute bij me maar ik kan daar zo slecht mee omgaan. Mis kennelijk steeds de borden met het juiste nummer waardoor ik de route verkeerd om begin en weer terug moet. Ik mopper veel op mezelf die eerste kilometers.
Ron Mueck - A girl
Er zijn meerdere pontjesroutes in Nederland, ik kies voor die bij Grou, van 25 kilometer. Ik neem mijn eigen fiets mee op de trein, die fietst prettiger dan een OV-fiets. Ik vertrek vroeg, ben bang dat anders de fietsplekken in de trein bezet zijn. In Amersfoort staan drie racefietsen in het halletje, ik zet mijn lompe opoefiets met bak voorop er voorzichtig tegenaan. De bestuurders van de racefietsen die er tegenover zitten houden hun hart vast, ze zijn bij de bochten en spoorwissels niet bang dat mijn fiets op hen valt maar wel dat hun fietsen beschadigen. Ik blijf een groot deel van de route staan om mijn fiets in bedwang te houden. Onzin natuurlijk, ik laat me veel te veel intimideren door de strenge en bezorgde blik van de fietsers. Ik moet denken aan vroeger thuis, waar we Heugaveld tegels hadden. Klasgenootjes die langskwamen vonden de tegels prikken aan hun sokken en dus nam ik ze op mijn rug om ze naar de tafel te brengen. Hoe ver kan iemand gaan om de sympathie van de medemens proberen te winnen.
Behoorlijk toeristisch, toch leuk om een keer te doen. Vanaf Enkhuizen neem ik 's ochtends de museumboot naar Medemblik, vertrek is naast het treinstation. Je kunt ook in Hoorn beginnen en eindigen met de boot maar die route is veel drukker.
Vanaf half april kun je een paar weken met de auto, fiets of wandelend een tulpenroute volgen door de Noordoostpolder.
Bloemrijke hooilanden, wuivende rietlanden, bruisende beken en zompige moerassen, zo staat er op de site van het Utrechts Landschap over natuurgebieden Bloeidaal en De Schammer, tussen Amersfoort en Hoevelaken. Dat zal wel, voor mij vooral een mooie route naar het tuincentrum.